Mijn hele leven schrijf ik al – dat vertel ik althans aan iedereen die het horen wil. Het is ook de waarheid. Maar een andere waarheid is dat ik last heb van publicatieangst, waardoor veel van mijn pennenvruchten onzichtbaar zijn gebleven.
Van kleins af aan schrijf ik alles wat los en vast zit. Maar al te vaak fragmenten (die ooit ergens toe zullen leiden – of niet), maar ook verhalen, columns, opiniestukken, essays, héél veel blogposts (een tekstvorm die goed bij me past) en een enkel gedicht op z’n tijd. In de loop van mijn gevarieerde loopbaan zijn daar nog veel tekstvormen bij gekomen, zoals correspondentie, verslagen, rapporten, programma’s van eisen, analyses, handleidingen en juridische en technische documenten. Maar wat voor vorm een tekst ook krijgt, de basis is altijd dezelfde: een lege pagina.
De lege pagina
Veel beroepsschrijvers of andere professionals die regelmatig voor hun werk moeten schrijven – vrezen de lege pagina. De lege pagina is als een berg, een zee, een enorm obstakel dat overwonnen dient te worden. De lege pagina is een uitdaging – al heeft dat woord tegenwoordig nogal een vervelende bijsmaak. Alles is tegenwoordig een uitdaging of, erger nog, een challenge. De lege pagina is een ouderwetse, échte uitdaging van formaat. Samen met zijn trouwe bondgenoot, de deadline, zaait hij op z’n minst ontzag en in het ergste geval pure angst in de harten van menig schrijver. De lege pagina is eng. Doodeng. Kijk ‘m daar nou eens liggen, de pen in de aanslag er bovenop. Of kijk ‘m daar nou eens staan op je beeldscherm, met die verleidelijk knipperende cursor.
“Toe dan”, lijkt hij te zeggen, “schrijf dan.”
De lege pagina voedt alle twijfels die je maar over het schrijven zou kunnen hebben. “Writer’s block”, fluistert de lege pagina vals. “Let je op de tijd?” dringt de deadline aan.
Maar waar te beginnen? Hoe te beginnen? Wanneer te beginnen? Hoe krijg je die lege pagina toch vol?
Titel
Zodra ik het onderwerp van mijn schrijverij bepaald heb, begin ik meestal met een titel. Omdat die me vaak genoeg als vanzelf te binnen schiet. Maar de meeste schrijfopleidingen, -leraren en -coaches zullen nu afkeurend hun hoofd schudden. Want beginnen met de titel beschouwt men over het algemeen als not done. Het zou zelfs onmogelijk zijn. Hoe kun je immers een passende titel bedenken bij een stuk tekst dat nog geschreven moet worden?
Ik ben nu eenmaal altijd al dwars geweest. Het is een beetje inherent aan mijn sterrenbeeld, ben ik bang. Of ik ben gewoon erfelijk belast. Wat nou, je kunt niet beginnen met een titel? Ik ben niet anders gewend. Misschien is het een gewoonte die stamt uit het jaren lang professioneel met tekst bezig zijn. Ik ben gewend aan schrijfopdrachten. Schrijf iets over… [een zeker onderwerp]. Als dat onderwerp al vast staat, betreed ik mijn mind palace en zoek ik bijpassende beelden op. Door associatie komt de titel dan als vanzelf. Voor mijn eigen blogs weet ik ook meestal van tevoren waar ik over wil schrijven en volg ik hetzelfde proces. Soms schrijf ik meteen een inleiding. Dat vind ik prettig – de titel en de inleiding vormen zo een handige kapstok, waar ik de rest van mijn verhaal aan kan ophangen. Ik kan deze opzet nu met een gerust hart terzijde leggen, vertrouwend op mijn vermogen mijn idee weer helemaal opnieuw te kunnen oproepen. Het grote gevaar is daarbij natuurlijk, dat de kapstokjes zich verzamelen en ik ze gewoon vergeet. Dat is vrij onhandig wanneer het om een actueel onderwerp gaat. Als ik zo’n opzetje niet afmaak, gaat de actualiteit van het onderwerp verloren en 9 van de 10 keer laat ik het idee dan helemaal maar varen. Af en toe kom ik die afgedankte kapstokjes weer tegen… en een nieuw idee wordt geboren. Want schrijven is nooit voor niets.
A writer is someone for whom writing is more difficult than it is for other people.
[Thomas Mann, Essays of Three Decades]
Morning Pages
Wat de experts aanbevelen, is in de praktijk ongetwijfeld beter: begin gewoon. Nou ja, “gewoon”? Wat als je het écht niet weet? Dan zijn er gelukkig allerlei methoden, die je kunnen helpen woorden aan de lege pagina toe te vertrouwen. Zoals de Morning Pages van schrijfster Julia Cameron. Het principe is eenvoudig. Vóórdat je ‘s morgens ook maar iets anders doet, ga je schrijven. Je PC staat natuurlijk startklaar. Of er ligt een schrijfblok op je te wachten zodra je opstaat. Zodat je zo min mogelijk moeite hoeft te doen om te kunnen beginnen. Je gaat zitten, zet een wekker of een stopwatch en begint te schrijven, 3 A4tjes lang. Je zult al snel merken dat dat best lang is. En tegelijkertijd ook niet.
Wat is nu het idee? Je laat je onderbewuste spreken. Je probeert aan niets te denken en laat je hand met de pen erin, of je handen over het toetsenbord als vanzelf bewegen. Alsof ze een eigen leven hebben. En dan kan er van alles gebeuren. Je onderbewustzijn laten spreken kan heel therapeutisch werken. Als je je Morning Pages later terugleest, kun je je ineens bewust worden van allerlei dingen die je dwars zitten, dingen die je van het schrijven weerhouden. Zo maak je je geest leeg en begin je je schrijfopdracht met een schone lei. Schuw daarbij je emoties niet, maar laat die toe. Schrijven is ook een emotioneel proces. Je doel is immers je publiek – wie dat ook mag zijn – te betrekken in hetgeen je schrijft. En dat vereist emotie.
Mindmappen
Een andere doeltreffende remedie tegen de lege pagina is mindmapping. Een veelgebruikte, creatieve techniek die zowel op zakelijk als persoonlijk gebied veelvuldig wordt toegepast. Als je met mindmapping aan de slag gaat, zul je juist enthousiast worden van een leeg vel, wetend dat dit niet lang leeg zal blijven. Hoe werkt het?
Je neemt een groot papier – of je gebruikt één van de vele beschikbare apps als je liever digitaal werkt – en je zet in het midden een trefwoord. Dat kan van alles zijn, gewoon wat er in je opkomt. Nu ga je vrij associëren met dat trefwoord en maakt daarbij verbindingen van het trefwoord naar de andere woorden, zinnen of afbeeldingen die je al associërend te binnen schieten. The sky is the limit: het aantal verbindingen is oneindig. Je maakt er zo veel als je nodig hebt. Nu heb je zowaar een structuur gemaakt voor een verhaal of een boek, je idee zichtbaar gemaakt. Inmiddels bruis je van de inspiratie om die lege pagina te vullen en het schrijven gaat ineens als vanzelf. Zit je onverhoopt vast? Dan heb je houvast aan je mindmap, die je natuurlijk dichtbij je schrijfplek ophangt (of, als je digitaal werkt, als scherm achter je werk houdt).
Het wereldwijde web
Passen bovengenoemde methodes niet bij jou? Dan heb ik nog een derde optie voor je, die mij persoonlijk altijd goed helpt. Ga online en kijk eens met andere ogen naar je Facebook of Twitter tijdlijn, je favoriete nieuwsapp of online magazines. Of zoek een blog uit van iemand die je graag leest en volg een link naar een website die je nog niet kende. Gebruik StumbleUpon of Digg voor willekeurige berichten (gebaseerd op jouw interesses) die je anders niet zo snel gelezen zou hebben. Nu kun je hier gemakkelijk de hele dag mee zoet zijn, maar dan blijft die pagina nóg leeg. Geen grotere afleiding dan het internet, niet waar? Maar betere inspiratie is ook nauwelijks voor te stellen. Beperk de tijd die je online doorbrengt en zet je wekker of stopwatch op een half uur. Noteer wat je tegenkomt. Na dat halve uur beschik je gegarandeerd over een hele lijst met onderwerpen waarover je kunt schrijven.
Writer’s Block
Tot besluit wil ik graag een misverstand uit de wereld helpen. “writer’s block” bestaat niet. Het is een naam die verzonnen is om een heel alledaags verschijnsel te beschrijven dat iedereen wel eens overkomt, in iedere beroepsgroep: gebrek aan inspiratie. Iedereen heeft wel eens een “baaldag” of even geen zin, ziet er even geen gat meer in of zit even in een dipje. Hoe je het ook noemen wilt, het is heel gewoon. Als je dat regelmatig gebeurt en je hebt angst voor die lege pagina, probeer dan één van de methodes die ik hierboven heb beschreven. Of maak een lange wandeling door een bos of langs het strand. Zoek afleiding. Onderneem iets waar je plezier in hebt. Lees! Doe wat je moet doen om niet al te krampachtig op dat schrijven gefocussed te zijn. Geef het proces de tijd en probeer niet gefrustreerd te raken – uit frustratie komt immers zelden iets goeds. Vóór je het weet ratelen je vingers over je toetsenbord en klaag je weer over schrijfkramp. Hoezo, “writer’s block“?
Gepubliceerd op LinkedIn op 13 mei 2016